De Belgische omzetting van de zesde anti witwasrichtlijn in zicht


Inleiding
Anderhalf jaar na de inwerkingtreding van de wet van 20 juli 2020 houdende diverse bepalingen tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten wordt de Belgische wetgever andermaal gemobiliseerd om het normatief kader ter bestrijding van witwaspraktijken aan te passen aan de snel evoluerende Europese regelgeving. Daar waar de vijfde anti-witwasrichtlijn zich toelegde op het preventieve luik en voornamelijk een uitbreiding van het personeel toepassingsgebied in het licht van huidige tijdsgeest voor ogen had, wordt er door de zesde richtlijn in het bijzonder gesleuteld aan het repressieve luik waarbij een coherente strafbaarstelling binnen de Europese Unie nagestreefd wordt. De Europese wetgever beoogt daarbij de daarvoor vigerende regelgeving opgenomen in het Kaderbesluit 2011/500/JBZ[1] van de Raad te actualiseren. De richtlijn moest uiterlijk op 3 december 2020 door de lidstaten geïmplementeerd zijn in de nationale wetgeving, waardoor België een laattijdige omzetting tegemoet gaat.
De strijd van de preventieve antiwitwaswetgeving wordt voornamelijk gevoerd door de “onderworpen entiteiten” die aan een resem verplichtingen inzake witwasbestrijding onderworpen worden. Deze verplichtingen werden in navolging van de vijfde richtlijn gevoelig uitgebreid, maar ook de implementatie van de zesde richtlijn kan enkele bijzonder onaangename gevolgen hebben voor de Belgische financiële sector. In wat volgt wordt een overzicht gegeven van de minimumvoorschriften die thans door de Europese Unie opgelegd worden wat de strafrechtelijke bestrijding van het witwassen van geld betreft waarbij de strafvervolging van witwassen van vermogensvoordelen verkregen uit fiscale fraude bijzondere aandacht verdient.
[1] Kaderbesluit 2001/500/JBZ van de Raad van 26 juni 2001 inzake het witwassen van geld, identificatie, opsporing, bevriezing, inbeslagneming en confiscatie van hulpmiddelen en van opbrengsten van misdrijven.